Stap dichterbij naar bekostiging verkennend gesprek
- Publicatiedatum
Na de ervaringen met het verkennend gesprek in verschillende regio’s adviseert de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een landelijke bekostiging. Ze adviseert de minister dit te doen in de vorm van een experiment met een vrij tarief voor 2025. De Nederlandse ggz hoopt dat de minister dit advies snel overneemt zodat de financiering per 1 januari 2025 geregeld is.
Voor dit jaar is de financiering overigens nog niet rond. Wel laat de NZa weten hieraan te werken. De Zorgautoriteit wil hiervoor de facultatieve prestatie in werking zetten zodat op die manier dit jaar de verkennend gesprekken gedeclareerd kunnen worden.
Doordat de financiering niet geregeld is, dreigen ggz-instellingen die hier voortvarend mee zijn gestart, er alweer mee te stoppen. Ruth Peetoom, voorzitter de Nederlandse ggz: “Dit is een belangrijk wapen in het pakket voor het verminderen van de wachttijden en past bij de doelstellingen van het integraal zorgakkoord. We zijn blij met deze stap van de NZa voor 2025, en roepen op om het ook voor 2024 snel te regelen.”
Minder mensen ggz nodig
Door het verkennend gesprek – een gesprek waarin samen met de hulpvrager wordt gekeken of ggz nodig is of andere ondersteuning – lukt het om mensen sneller passende zorg te bieden, ook buiten de geestelijke gezondheidszorg: een tiende tot een kwart van de mensen blijkt hierna beter geholpen te zijn met hulp van bijvoorbeeld de schuldhulpverlening of andere ondersteuning vanuit het sociaal domein.
Peetoom: “Uit het onderzoek van GGz Breburg na 3.500 van deze verkennende gesprekken blijkt dat een kwart van de mensen geen zorg nodig heeft maar beter geholpen is met bijvoorbeeld schuldhulpverlening, activiteiten in een buurthuis of andere ondersteuning vanuit het sociaal domein. In het integraal zorgakkoord is afgesproken dat deze gesprekken binnen nu en een paar jaar in elke regio in Nederland kunnen worden gevoerd. In enkele regio’s kan dit dus al en in een aantal regio’s staan ze in de startblokken. Maar dan moet er wel voor worden betaald.”
‘Onderhandelaars. Zet de mentale gezondheid prominent op agenda’
Dat een kwart van de mensen na een verkennend gesprek niet wordt doorverwezen naar de ggz is bemoedigend. Maar de blijvende toename van mensen met mentale problemen noemt Peetoom ‘heel zorgelijk’. “Als we de wachttijden voor de geestelijke gezondheidszorg omlaag willen krijgen, moeten we het als samenleving anders met elkaar gaan doen, zodat minder mensen mentale problemen gaan krijgen. Op die manier kunnen we de ggz beschikbaar houden voor de mensen voor wie ggz onmisbaar is. Daarom roepen we de onderhandelaars voor een nieuw kabinet op om het werken aan een mentaal gezonder Nederland prominent op de politieke agenda te zetten. Neem mentale gezondheid mee in de keuzes van alle beleidsdomeinen, denk aan werk en inkomen, onderwijs, huisvesting, bestaanszekerheid. Daar kunnen we niet meer mee wachten en dáár moet de overheid nu serieus werk van gaan maken.”